Bij deelnemers uit interventiegroep A en B wordt één keer het risico op hart- en vaatziekten gemeten. Als uit de meting blijkt dat een deelnemer een verhoogd risico heeft op hart- en vaatziekten, wordt de deelnemer doorverwezen naar de huisarts. Zowel de deelnemers als de huisarts krijgen een brief met de uitslag van het onderzoek.
De huisarts zal advies geven over gezond leven en/of medicijnen voorschrijven om het risico op hart- en vaatziekten te verlagen. Als u besluit mee te doen aan het onderzoek is het daarom noodzakelijk dat u toestemming geeft dat wij uw huisarts op de hoogte brengen van uw onderzoeksresultaten.